Maak je gebruik van http verzoeken in jouw workflows? Dan is het advies om de authenticatiesleutels op te slaan als 'secret'. Via instellingen>Secrets kun je de autenticatiesleutels aanmaken die je in jouw http workflow kunt gebruiken.


1. Klik op 'Voeg secret toe'



2. Geef de secret een naam naar wens (bijvoorbeeld waar de key voor gebruikt wordt) en voeg de waarde van de sleutel in. Je kunt eventueel ook een key uploaden (selecteer dan 'upload secret'), zoals een .pfx of .crt bestand.



3. Je ziet vervolgens dat de secret is aangemaakt. Vanaf dat moment kun je de inhoud van de secret niet meer zien, maar wel aanpassen. Mocht de key dus vervangen moeten worden (bijvoorbeeld vanwege een periodieke vernieuwing), dan kun je dat vanuit hier aanpassen. Bij alle http verzoeken waar je deze secret gebruikt zal dan de nieuwe waarde gebruikt worden.



4. Als je vervolgens naar de desbetreffende workflow met http actie gaat, dan zul je zien dat je de secret als variabele kunt gebruiken



Hieronder is een voorbeeld als het in de header is toegevoegd.